Jeuk in de winter
Ook in de winter kunnen paarden en pony’s last hebben van jeuk. Wat zijn daarvan de meest voorkomende oorzaken en wat kun je eraan doen?
Bij jeuk in de zomer bij paarden en pony’s die in de wei lopen denkt vrijwel iedere paardenliefhebber direct aan staart- en maneneczeem. Beten van knutten (Latijnse naam Culicoïdes) zijn de veroorzakers van deze allergische huidaandoening, die ook wel insectenovergevoeligheid wordt genoemd. Dit vaak heftig jeukende probleem begint in voorjaar als de knutten uit de eieren, waarin ze overwinteren, tevoorschijn komen op het moment dat het warmer wordt. In het najaar als de buitentemperatuur zakt, verdwijnen de knutten en dus deze jeukproblemen.
Wat veroorzaakt jeuk in de winter?
De belangrijkste veroorzakers van jeuk in de winter zijn de ectoparasieten. Dat zijn parasieten die aan de buitenkant van het dier zitten. Bij het paard zijn er in Nederland eigenlijk maar twee belangrijke soorten: de luizen en de mijten. Verder kan jeuk in de winter een allergische of een immuungebonden oorzaak hebben. Dat wordt ook wel ‘atopie’ genoemd. Heel soms lijken paarden met regenschurft jeuk te hebben, maar doorgaans is er meer sprake van pijn en niet van jeuk. In de zomer en de winter kunnen aarsmaden (Oxyuris equi) jeuk veroorzaken rond de anus.
Luizen
De luizen zijn meestal bijtende luizen. Hun kop is breder dan het lijf en de meest voorkomende soort is de bijtende luis (Werneckiella equi). Deze luis is met enige moeite met het blote oog te zien. De infectie begint meestal op de hals en de romp. Het ene paard heeft er veel meer last van dan het andere. De bijtende luis leeft van huidschilfers. Soms wordt de zuigende luis gevonden (Haematopinus asini), die een spitse kop heeft die duidelijk smaller is dan het lijf. De zuigende luis leeft van bloed- en weefselvloeistof.
Foto: Deze zuigende luizen bij een pony kun je met het blote oog net zien lopen tussen de haren.
Mijten
De meest voorkomende mijt in Nederland is de beenschurftmijt (Chorioptes equi). Deze komt het meeste voor bij paarden met veel behang zoals koudbloeden, Friezen, Tinkers en Shires. De belangrijkste symptomen zijn jeuk aan de onderbenen, die zich kan uiten in stampen met de benen, langs elkaar wrijven van de benen en/of bijten aan de onderbenen. Er zijn ook paarden die de mijt wel zich dragen, maar er geen last van hebben. Als de infectie niet wordt gestopt, kunnen de mijten over het hele lichaam kruipen en overal jeuk en dus schuurplekken veroorzaken. Bij paarden die er gevoelig voor zijn, kan deze mijt de aanzet vormen voor de ontwikkeling van enorm verdikte benen, waarbij de lymfeafvoer van het been niet goed functioneert. Dit noemen we chronisch progressief lymfoedeem (CPL). Als deze aandoening eenmaal verder is voortgeschreden, is herstel vaak niet meer mogelijk en is het voorkomen van verdere verergering het belangrijkste doel van behandelen.
Rode bloedmijt
Als bij de paarden ook kippen worden gehouden, hebben de paarden soms last van grote rode bloedmijten (Dermanyssus gallinae). Deze infectie is iets waar je echt aan moet denken, want de mijten komen alleen ’s nachts op de paarden. Overdag zitten ze verstopt in kieren en spleten. Als een dierenarts het paard onderzoekt, zal hij dus niets vinden.
Foto: Dit paard heeft schuurplekken op hoofd en hals als gevolg van kippenmijt.
Waaruit bestaat de behandeling?
De behandeling van luizen en mijten kan het beste plaatsvinden in overleg met de eigen dierenarts. Er zijn weinig voor het paard geregistreerde middelen. Wat de beste keus is, is ook afhankelijk van het aantal paarden, de plaats waar ze worden gehouden, de mogelijkheid om ze op een geschikte plek te wassen en te drogen en de wensen van de eigenaar. Daarbij moeten niet alleen alle aangetaste paarden worden behandeld, maar ook de omgeving, want de luizen en de mijten kunnen zich verstoppen in het stro of zaagsel en in kiezen en spleten van de box.
Wassen
Wassen met een antimijten of antiluizen middel is alleen mogelijk als de paarden binnen ergens met warm water kunnen worden gewassen en op een warme plaats kunnen drogen. Het is heel belangrijk om eerst het paard goed te wassen met een geschikte paardenshampoo om alle vuil er goed af te halen en dan pas met het antiluizen/antimijtenmiddel. Immers, al deze middelen worden onwerkzaam als ze in contact komt met vuil zoals mest en urine. Terwijl de paarden worden gewassen moeten intussen ook de boxen volledig worden leeggehaald, heel goed huishoudelijk worden gereinigd (ook in alle spleten en kieren) en dan worden ontsmet.
Inspuiten
Sommige dierenartsen zullen daarom adviseren de paarden te behandelen met een door de dierenarts te injecteren koeienmiddel. Dit ‘volgens diergeneeskundige cascade’ gebruik van deze middelen mag echter alleen onder bepaalde voorwaarden, omdat deze middelen niet voor het paard geregistreerd zijn en bovendien ook een risico op spuitplekken geven.
Natuurlijke bestrijding
Bij het bestrijden van de kippenmijten is het noodzakelijk de schuilplaatsen van de mijten overdag aan te pakken. Dit kan door middel van spuiten met bepaalde schadelijke gifstoffen, maar er is ook een natuurlijke bestrijding met roofmijten. Dit is in bepaalde gevallen zeker een aantrekkelijk alternatief.
Conclusie
Jeuk in de winter is dus zeker iets om snel aandacht aan te schenken. Hoe sneller een infectie wordt gediagnostiseerd en aangepakt, hoe minder werk en hoe minder schade. De dierenarts kan hierin adviseren.
Artikel uit Paard&Sport december 2015
Tekst: Prof. Dr. Marianne Sloet
Foto's: Arnd Bronkhorst, Marianne Sloet
Prof. dr. Marianne Sloet (specialist Inwendige Ziekten Paard) is werkzaam bij de Universiteitskliniek voor Paarden in Utrecht (www.diergeneeskunde.nl).