EVC-traject

Door het volgen van het Erkennen Eerder Verworven Competentie (EVC)-traject is het mogelijk om een diploma Instructeur Wedstrijdsport - ORUN 4 te halen. Het doel van het EVC-traject is vaststellen of de kandidaat de competenties, die nodig zijn voor het uitoefenen van het beroep van instructeur, voldoende beheerst.

Mensen kunnen op allerlei manieren competenties ontwikkelen. Bijvoorbeeld door in de praktijk te werken, door het volgen van een opleiding, door vrijwilligerswerk of door het volgen van cursussen. Dit betekent dat mensen op veel verschillende manieren competenties verwerven, waarbij lang niet altijd een formele erkenning van deze competenties wordt gegeven in de vorm van een erkend diploma of certificaat. In het EVC-traject worden de aanwezige competenties geïnventariseerd, beoordeeld en indien mogelijk erkend in de vorm van een ORUN-diploma. De beoordeling is onafhankelijk van de manier waarop de competenties zijn ontwikkeld. Met andere woorden: het gaat er niet om op welke manier de competenties zijn geleerd, maar of iemand kan bewijzen dat hij of zij de competenties bezit. Hieronder lees je de toelatingseisen voor dit traject en hoe je je kunt aanmelden.

De erkenning van de competenties gebeurt op basis van een standaard. De gehanteerde standaard is de landelijke Kwalificatiestructuur Sport (KSS) voor instructeurs, trainers en coaches die door de verschillende sportbonden worden opgeleid. Voor de paardensport is de KSS aangevuld met competenties op het gebied van de paardensport, namelijk het Trainen van paarden en het Beoordelen van de geschiktheid van een paard.