Het is toegestaan om gebruik te maken van een assistent bij het opspringen onder de volgende voorwaarden:
1. Assistentie is toegestaan in alle klassen bij het onderdeel plicht m.u.v. de solo klassen L, M, Z, ZZ, Young Vaulters en Junioren. Een solist dient in deze klassen de opsprong zelfstandig uit te voeren.
2. De assistent is één van de teamleden met uitzondering van de klassen BB en B waar een externe assistent is toegestaan.
3. De assistent moet lid zijn van de KNHS
4. De assistent draagt gepaste kleding
5. Bij het binnenkomen en groeten loopt de assistent mee als onderdeel van het betreffende team.
6. In de kür teamklasse L, M en Z mag maximaal éénmaal assistentie van de grond worden gegeven bij een opsprong en een afsprong. Overschrijving hiervan geeft aftrek in de artistiek score.