Uit het Algemeen wedstrijdreglement.
Artikel 40 - Aantal starts per combinatie / paard 1. Indien er voor deelnemers een maximum aantal starts per rubriek of per wedstrijd geldt dan wordt dit vermeld in het vraagprogramma of het desbetreffende disciplinereglement.
2. Een combinatie die op een wedstrijddag de winstpuntengrens bereikt op basis waarvan men een klasse hoger mag starten, kan tijdens diezelfde wedstrijddag tevens een klasse hoger starten indien de wedstrijdorganisatie deze mogelijkheid geeft.
3. Op een wedstrijddag mag een paard, al dan niet met dezelfde deelnemer maximaal 4 keer worden gestart
met de volgende beperkingen;
a. Dressuur: een combinatie mag maximaal 2 keer starten (exclusief Kür op muziek, afdelingsdressuur en/of finale). Indien een paard met 2 verschillende deelnemers start mag deze maar met 1 deelnemer aan de Kür op muziek, afdelingsdressuur en/of finale deelnemen.
b. Springen: een paard mag maximaal 2 keer worden gestart (exclusief barrage en/of finale). Indien een paard met 2 verschillende deelnemers start mag deze maar met 1 deelnemer aan de finale deelnemen.
c. Een combinatie mag maar 1 keer uitkomen in dezelfde rubriek.
4. Start een paard tweemaal met verschillende deelnemers in de discipline Dressuur, dan moet tussen de twee starts een tijdverschil liggen van tenminste 30 minuten.
5. In de disciplines Eventing, Endurance, Mendurance en in de Samengestelde Mensport mag een paard maar door één deelnemer in maximaal 1 rubriek worden uitgebracht op een wedstrijd.